Eerst was je het middelpunt.
Handen op je buik,
zachte stemmen vol verwachting,
bloemen, kaartjes,
een wereld die groter leek te worden.
En dan—
stilte.
Een naam die niet hardop wordt gezegd,
een toekomst die ineens niet meer bestaat.
Jij blijft achter met wat had moeten zijn,
maar de wereld draait door,
verwacht dat jij meebeweegt.
Mensen weten niet wat ze moeten zeggen,
dus ze zeggen niets.
Alsof iets pas echt heeft bestaan
als er herinneringen van zijn.
Alsof liefde meetbaar is
in jaren, in gedeelde momenten,
en niet in het feit
dat je al van iemand hield
nog voordat ze er waren.